Reactie VKW Limburg op oproep van ACV om re-integratieprocedure te boycotten

vrijdag 30 maart 2018

DUIDELIJKE SANCTIES VOOR WIE WEIGERT MEE TE WERKEN

ACV raadt in haar ledenblad haar leden die langdurig ziek zijn aan om een uitnodiging van de arbeidsgeneesheer in het kader van een re-integratieprocedure naar het werk te negeren. Dit zogenaamd om een uitspraak 'definitief ongeschikt' door de arbeidsgeneesheer te vermijden.

Een vakbond, die de mond vol heeft van sociale zekerheid, zou toch als eerste moeten begrijpen dat we zoveel mogelijk mensen (terug) aan het werk moeten krijgen om die sociale zekerheid overeind te houden. Het is niet meer dan logisch dat we al wie kan werken, vragen bij te dragen aan die sociale zekerheid. Voor wie langdurig ziek is, is de vraag of een terugkeer naar werken kan en zo ja, of dit nog mogelijk is bij de bestaande werkgever of niet. De doelstelling van een re-integratietraject is precies het creëren van die duidelijkheid, zowel voor de werknemer, als voor de werkgever.

VKW Limburg stelt dat niet door de beugel kan dat een vakbond zijn leden oproept om een wetgevend vastgestelde procedure te boycotten. "Als dat wel gebeurt is de enige oplossing werk te maken van een duidelijke sanctie voor de werknemer die niet ingaat op een uitnodiging tot een re-integratiegesprek", zo stelt Ruben Lemmens, gedelegeerd bestuurder van VKW Limburg.

De wetgeving rond re-integratie biedt de werkgevers pas sinds 1 januari 2018 de mogelijkheid om een re-integratietraject op te starten voor langdurige zieken van vóór 2016. Op die manier krijgt de werkgever voor het eerst zicht op de kansen tot re-integratie van zieke werknemers die soms al jarenlang afwezig zijn. Nu bijna iedere werkgever worstelt met de invulling van openstaande vacatures en een tekort aan medewerkers, willen zij des te liever weten of er geen langdurig zieke mensen kunnen terugkeren naar de werkvloer.

Op dit moment zijn er enkel cijfers gekend van re-integratietrajecten van 2017. Hieruit blijkt dat 2/3 van deze trajecten opgestart zijn door de werknemer en zijn behandelende arts. Heel vaak blijkt het dus de werknemer zelf die vragende partij is naar duidelijkheid, een aanpassing van de werkpost of arbeidsregime. De uitspraak 'definitief ongeschikt voor het overeengekomen werk' komt bovendien het vaakst voor bij re-integraties die werden opgestart door de werknemer zelf. Tot slot is het belangrijk te benadrukken dat een arbeidsgeneesheer de wetgeving en procedure strikt moet volgen en hiervoor alle partijen hoort. De werkgever kan de arbeidsgeneesheer dus zeker niets opleggen.